ECG (elektrocardiogram).

ECG, elektrocardiogram, is een overzicht van de elektrische activiteit in de hartspier. Het apparaat waarmee dit gemeten wordt heet een elektrocardiograaf. Door invloed van natrium-, kalium- en calciumionen die door een celmembraan heen en weer worden getransporteerd trekt de spiercel samen.

P geeft de samentrekking van de boezems weer.
QRS geeft de samentrekking van de kamers weer.

De AV-knoop, de bundel van His en de hartspiercellen in de wand van de kamers worden geprikkeld.

Bij T wordt het ontspannen van de kamers weergegeven. Het terugvallen naar de begintoestand gaat ook gepaard met een elektrisch stroompje.